U zij de glorie, opgestane Heer
U zij de victorie, nu en immer weer
Uit een blinkend stromen, daalde d'engel af
Heeft de steen genomen,van 't verwonnen graf
U zij de glorie, opgestane Heer
U zij de victorie, nu en immer meer
Zie hem verschijnen, Jezus, onze Heer
Hij brengt al de Zijnen, in Zijn armen weer
Weest dan volk des Heren, blijde en welgezind
En zegt telkens kere, Christus overwint!
U zij de glorie, opgestane Heer
U zij de victorie, nu en immer meer
Zou ik nog vrezen, nu Hij eeuwig leeft
Die mij heeft genezen, die mij vrede geeft
In Zijn goddelijk wezen, is Zijn glorie groot
Niets heb ik te vrezen, in leven en in dood
U zij de glorie, opgestane Heer
U zij de victorie, nu en immer meer
Tekst: Jan Willem Schulte Nordholt, vrij naar Edmond Budry – ‘A Toi la gloire’
Melodie: George Frideric Handel
© Katholieke Bijbelstichting, Den Bosch (tekst)
Toegelicht: U zij de glorie
(door dr. Oane Reitsma, predikant van de Protestantse Gemeente Enschede)
Paaslied bij uitstek
De melodie van de grote componist Händel – uit diens oratorium Judas Maccabeus – is drager geworden van dit paaslied onder de paasliederen. Het is een uitbundige lofprijzing op de opgestane Christus, die door de zingende gemeente wordt aangesproken. Zijn opstanding wordt verkondigd.
Structuur
Omdat in het eerste couplet regel 1 en 2 identiek zijn aan regel 5 en 6, en datzelfde regelpaar vervolgens als een refrein wordt herhaald in de volgende coupletten, heeft het lied een heel compacte, krachtige structuur. Er zijn meerdere tekstvarianten, maar hier wordt de meest bekende gezongen, de vertaling van Jan Willem Schulte Nordholt. In het Liedboek: Zingen en bidden in huis en kerk staat een andere, kortere versie, van Henk Jongerius.
Verhaal
Afgezien van de verkondigende lofprijzing wordt het paasverhaal beknopt verteld in het eerste couplet, namelijk over een engel die afdaalde en de steen voor het ‘verwonnen’ (= verslagen; overwonnen) graf wegrolde. Het tweede couplet roept op om de opgestane ook te herkennen, zoals de vrouwen bij het graf deden, evenals de leerlingen toen hij aan hen verscheen. ‘Zie hem verschijnen!’, sta ervoor open.
Angst verdwenen
Met dat Christus is opgestaan, met dat Hij de dood heeft overwonnen, is er geen reden meer voor angst. Daarmee wordt de in de evangeliën vaak gebruikte uitspraak ‘wees niet bang’ eindelijk voltooid. In het leven noch in de dood is er reden tot angst, omdat Christus heeft bevrijd, en wel voorgoed.
Herhalen
Ik heb eens iemand in een rouwproces horen zeggen dat het als een mantra herhalen van ‘De Heer is waarlijk opgestaan’ helpt als tegengif tegen donkere gevoelens en gedachten. Hoe mooi dat couplet 2 dat recept voorschrijft – in de wat statige en plechtige taal die dit lied kenmerkt: ‘zegt telkenkere: Christus overwint!’