Het weer sloeg ineens om: van eindeloze herfstregen naar kraakheldere winterochtenden.
De lucht lichtblauw, de grond en de bomen bevroren. Ieder grassprietje en ieder blaadje had
een eigen versiering van ijskristallen. In het hoge noorden kon je eindeloos kijken over de
winterse velden.
Wandelkerk
Te midden van deze wonderlijke schoonheid kwam een groepje mensen bijeen: de Wandelkerk. Buiten de muren van het kerkgebouw, midden in Gods schepping,
luisterden we naar een tekst. Deze dag was dat de lofzang van Maria. Vanuit ons eigen leven, onze eigen gedachten en na een tijdje stilte, klonken de eeuwenoude woorden op het
Groningse platteland. Met de wolkjes van onze adem rond ons hoofd. Met schapen die
nieuwsgierig dichterbij kwamen.
Nieuwe plek nodig
De woorden van Maria zijn profetisch en fel. Ze oordelen over de weg van de wereld, die
macht en rijkdom verkiest boven de weg van God. Het zijn woorden van een innerlijke
kracht, uit de mond van een jonge vrouw. Maar het zijn ook woorden die we soms wel
kunnen dromen.
Bekende – soms zelfs overbekende – bijbelteksten hebben af en toe een nieuwe plek
nodig. Want we horen ze eigenlijk altijd binnen. Ommuurd door warmte en veiligheid. ‘Kerk’
vindt eigenlijk altijd binnen plaats, waar het statisch is, waar dingen staan, waar
mensen hun stempel drukten. Buiten leeft het. De grond onder onze voeten leeft.
In het kleine
Elke keer loopt de Wandelkerk hetzelfde rondje en elke keer is het anders. Het groeit, verandert, is in beweging. We staan onder de wijde hemel, ademen frisse lucht in. We proberen iets van de verbinding met de andere schepselen en organismen van Gods wereld te ervaren. We praten over de kleine dingen die ons deze ochtend raken en over de kleine dingen die we opmerken. Het heilige blijkt steeds weer in het heel kleine te zitten.
Vreemde wanklank
En de plek doet iets met een tekst. Vandaag deed het iets met Maria’s lofzang. Ikzelf hoorde
het meteen toen ik deze voorlas. Haar woorden klonken niet vanzelfsprekend en vertrouwd
zoals anders. Ze klonken als een vreemde wanklank in een vredige, winterse wereld: de
heersers en machthebbers voelden heel ver weg. Ver weg van de stilte en de rust van deze
plek. En we beseften dat onmiddellijk: het contrast tussen ons vredige bestaan en dat van
vele andere medemensen op andere plaatsen.
Kerk zijn buiten de gebaande paden, we zouden het vaker moeten doen.
Beeld: Gertine Blom