Doorgaan naar hoofdinhoud
Vindplaats van geloof, hoop en liefde
subline-curl
Abonneer gratis op Petrus Magazine

Lied: Zomaar een dak

Lied 276 uit het Liedboek, gezongen door Suzan Renkema-Paas

Zomaar een dak boven wat hoofden,
deur die naar stilte open staat.
Muren van huid, ramen als ogen,
speurend naar hoop en dageraad.
Huis dat een levend lichaam wordt
als wij er binnen gaan
om recht voor God te staan.

Woorden van ver, vallende sterren,
vonken verleden hier gezaaid.
Namen voor Hem, dromen, signalen
diep uit de wereld aangewaaid.
Monden van aarde horen en zien,
onthouden, spreken voort
Gods vrij en lichtend woord.

Tafel van Een, brood om te weten
dat wij elkaar gegeven zijn.
Wonder van God, mensen in vrede,
oud en vergeten nieuw geheim.
Breken en delen, zijn wat niet kan,
doen wat ondenkbaar is,
dood en verrijzenis.

Tekst: Huub Oosterhuis
Melodie: Valerius’ Gedenckclanck 1626 – ‘Komt nu met zang van zoete tonen’
© Gooi en Sticht, Utrecht
Muziekbewerking, audio opname en nabewerking: Frank van Essen
Solozang: Suzan Renkema-Paas
Piano: Jan Willem van Delft
Gitaar: Allard Gosens
Whistle: Sjoerd Visser
Viool, shaker: Frank van Essen

Dit lied klonk in een aflevering van Petrus in het land (21 oktober 2023). Kijk hier de aflevering terug. 

----

Toegelicht: Zomaar een dak boven wat hoofden

(door dr. Oane Reitsma, predikant van de Protestantse Gemeente Hilversum)

Zomaar …

De quasi nonchalante openingszin met de woorden ‘zomaar’ en ‘wat hoofden’, alsof er iets toevalligs ontstaat achter een net zo toevallig openstaande deur, geeft dit lied een heel eigen sfeer en populariteit. Daarbij opgeteld de melodie van ‘Komt nu met zang van zoete tonen’, maakt het geheel graag gezongen. Al meteen echter transformeert het beschreven (kerk?)gebouw in een huis dat een levend lichaam is, met ‘muren van huid’ en ‘ramen als ogen’, waardoor je naar binnen én naar buiten kunt kijken. Maar het wordt pas een levend huis als wij er binnengaan. De samenkomst van de gemeente is een voorwaarde om de kerk tot leven te brengen!

Woord en Tafel

Beide brandpunten van de eredienst worden vervolgens bezongen. Het tweede couplet begint meteen met ‘Woorden’ en het derde met ‘Tafel’. De dienst van het Woord waaiert direct uit over een rijk taalveld: in de woorden (‘van ver’) klinkt heilsgeschiedenis mee (‘vonken verleden’) die ook in het hier en nu weer actueel kunnen worden (‘hier gezaaid’). De bijbelverhalen bieden ons interpretatiekaders voor wie God of Christus is (‘namen voor Hem’), maar wiens naam in dit couplet eveneens onuitgesproken blijft. De profeten wijzen op Hem (‘dromen, signalen’). En de bijbelverhalen zijn zowel mensenwoord (‘monden van aarde’) als Gods woord dat bevrijdt, beide totaal in elkaar verweven.

Gods geheimenis ontvouwd

Na de dienst van het Woord begint die van de Tafel, de Tafel van de Ene, die tegelijkertijd tafel is van één gemeenschap. Die beeldspraak is nog dieper, want de rekenkundige ‘tafel van één’ telt tot tien, dus iedereen hoort erbij. Ten eerste wordt de Tafel beschreven als een tafel van samen (‘elkaar gegeven’) – ook hier gaat de gemeenschap voorop! Pas waar het brood dan onderling gedeeld wordt, wordt het een ‘wonder van God’. De heiligen van naam die zijn voorgegaan, doen mee (‘oud’) en iedereen die nog zal komen (‘nieuw’). Zo wordt in breken en delen Gods geheimenis ontvouwd: dood en verrijzenis.

Beginlied

Het lied is echt een lied om de kerkdienst mee te beginnen. Het zet de aandacht neer waar die moet zijn: van een verstrooid, toevallig gebeuren zet het in drie coupletten de concentratie op waar het om gaat in Schrift en Tafel.

Op weg naar Kerst

Bestel de adventskalender 'Als nieuw!'

KRO-NCRV

Was deze informatie zinvol?
We hebben uw feedback ontvangen, dankuwel!

Om deze pagina verder te verbeteren zijn wij benieuwd waarom u deze pagina wel of niet zinvol vond. U kunt ons helpen door de onderstaande vragen in te vullen.

Mogen we je contactgegevens voor eventuele verdere vragen? (niet verplicht)