U komt mij, lieve God,
zo nederig nabij,
in dagen van gemis
en moeite vindt U mij.
U daalt het duister in,
U deelt mijn angst en pijn,
zo dodelijk bedroefd
als maar een mens kan zijn,
een man van smarten die
ter aarde valt en schreit,
een lotgenoot, een vriend, –
o Heer die bij mij zijt,
ik bid U, laat het licht
dat doorbrak in uw smart,
de zon die Pasen heet,
ook dagen in mijn hart.
Tekst: Jaap Zijlstra
Melodie: Willem Vogel
© makers
---
Toegelicht: U komt mij, lieve God
(door dr. Oane Reitsma, predikant van de Protestantse Gemeente Hilversum)
Nabijheid
In dit lied is God als een ‘lieve God’ nabij de ik-persoon die het moeilijk heeft. Juist in dagen dat een geliefd iemand gemist wordt, juist in de dagen die moeilijk zijn, wordt God als nabij ervaren. God is hier niet aanwezig in het licht of als troost, maar juist nabij in duister, angst en pijn. Ik hoef hem niet te zoeken, Hij komt mij nabij.
De lijdende Christus
In couplet 3 wordt deze nabijheid van God verbonden met de ‘man van smarten’, wat in deze bewoording alleen op de lijdende Christus kan wijzen. Hij valt ter aarde en schreit om het lot van de wereld en de medemens. Hier resoneert het verhaal van Jezus in de hof van Getsemane (o.a. Matteüs 26). In Christus als de meest eigenlijke mens is de Heer nabij wie het moeilijk heeft.
Licht van Pasen
Aan het einde van het lied, dat een eenvoudige structuur en intieme melodie heeft, wordt er gebeden dat het licht mag doorbreken in de duisternis en pijn. Zoals met Pasen de opstanding zich in het holst van de nacht plotseling voordeed, terwijl niemand er nog erg in had. ‘Laat de zon die Pasen heet ook dagen in mijn hart.’ Een lied over de persoonlijke relatie met God.
Dit lied klonk in een aflevering van Petrus in het land (18 maart 2023). Kijk hier de hele aflevering terug.