Geprezen zij God! Gij engelenkoor
dat steeds naar Hem hoort, prijs Hem om zijn Woord!
Gij hemelen, loof Hem wiens hand alles schiep,
die allen daarboven tot dankzegging riep.
Geprezen zij God! Gij allen op aard,
aanbid Hem die u als kinderen aanvaardt.
Loof Hem die uw Heer is met juichende stem.
Beantwoord zijn liefde: leef altijd voor Hem!
Geprezen zij God! Laat alles wat leeft
nu zingen voor Hem die alles ons geeft.
Laat jubelen het orgel, laat harp en trompet
de glorie doen klinken van Hem die ons redt.
Geprezen zij God! Ons lied is gewijd
aan Hem die altijd ons helpt en geleidt.
Om zijn goede schepping, om hemels genot,
zijn gunst en vergeving: geprezen zij God!
Tekst: Henry Williams Baker, bij Psalm 150 – ‘O praise ye the Lord’
Melodie: C. Hubert H. Parry
Vertaling: Gert Landman
Projectkoor o.l.v. Hanna Rijken
Fluit: Hanna Rijken
Cello: María Suárez López
Orgel: Sebastiaan ’t Hart
---
Toegelicht: Geprezen zij God
(door dr. Oane Reitsma, predikant van de Protestantse Gemeente Hilversum)
Lofprijzing
De uitbundigste van alle psalmen is de afsluiter van het psalmboek, de 150e. Kort en krachtig zingt heel de kosmos God de lof toe: de engelen, de mensen en de schepping zelf. Dit lied, een vrije bewerking van Psalm 150, kent evenals de psalmtekst zelf geen reflectie, geen tijd voor gedachten. Het is een directe en spontane uitspatting van feest.
Engelen en mensen
Het lied van de mensen op aarde gaat altijd vergezeld met dat van de engelen in de hemel. Nooit zingen de mensen alleen, altijd zijn zij weerklank van het hemelse koor, en omgekeerd. Door te zingen worden hemel en aarde één. Het lied roept op om Gods liefde niet teniet te doen, maar te beantwoorden door uit liefde en dankbaarheid te leven.
Muziekinstrumenten
Psalm 150 somt muziekinstrumenten uit de eigen tijd op, in de NBV-vertaling vertaald met hoorn, harp, lier, tamboerijn, snaren, fluit, bekkens, cimbalen. In de Nederlandse vertaling van dit lied zijn dat orgel, harp (ontleend aan het oorspronkelijke Engels van dit lied) en trompet geworden. Het kunstige ambachtswerk van de mensen om complexe muziekinstrumenten te kunnen maken, wordt ingezet om God te prijzen – niet te veel gevraagd, zo hoog wordt Gods liefde gewaardeerd.
Melodie
Dit loflied aller lofliederen wordt in deze versie sinds 1894 gedragen door de beroemde melodie van Charles Hubert Parry. De melodie spreekt met haar stijgende stimulerende sprongen voor zichzelf. Dit lied zingt zichzelf naar de hemel toe.
Dit lied komt uit een aflevering van Petrus in het land. Kijk hier alle afleveringen terug.
KRO-NCRV