Op de derde maandag van januari is het weer zover, dan is het Blue Monday, de meest deprimerende dag van het jaar. Op 1 januari zijn velen van ons met goede moed en vol vertrouwen begonnen met het uitvoeren van hun goede voornemens: minder drinken, minder eten, meer sporten, op tijd naar bed, meer wandelen, meer tijd vrijmaken voor familie en vrienden of gewoon voor onszelf. Maar nu, drie weken na die stevige start, blijkt dat ingesleten patronen maar moeilijk te veranderen. Even gaat het goed, maar dan vallen we toch weer terug in onze oude, verkeerde gewoonten. En daar balen we van, want we blijken zwakker dan we dachten. En ergens rond deze tijd worden we daar kennelijk met z’n allen terneergeslagen van en is het Blue Monday.
Oude fouten
Ik vind die erkenning dat het zo moeilijk is om ingesleten patronen te doorbreken best confronterend. Toen ik een paar maanden geleden begon als gevangenispredikant, schrok ik van het grote aantal gedetineerden dat me vertelde dat ze nu voor de tweede, derde of zelfs vierde keer vastzaten. Recidivisten noemen we hen. In de praktijk blijkt dat ongeveer de helft van alle gevangenen na het uitzitten van hun straf weer terugvalt in hun oude fouten. De patronen uit het verleden, dat wat soms al in hun kindertijd is ontstaan, blijken voor velen erg sterk.
Waarom lukt het niet?
Paulus wist dat ook. Ik vind het best heftig om van de ‘heilige’ apostel Paulus te lezen hoe hij worstelt met gewoonten en neigingen die hij maar niet onder controle krijgt. Hij verzucht in zijn brief aan de gemeenteleden in Rome: “Want ik doe niet wat ik wil, het goede, maar juist wat ik niet wil, het kwade, dat doe ik. Ik ontdek in mezelf dus de wetmatigheid dat het kwade zich aan mij opdringt, ook al wil ik het goede doen.” (Romeinen 7:19 en 21) En dan in vers 24 die heel diepe zucht: “Wie zal mij, ongelukkig mens, redden uit dit bestaan …?” Absoluut gevalletje Blue Monday, maar dan op het diepe niveau van de ziel. Waarom lukt het me niet om te doen wat ik zo graag wil, namelijk het goede kiezen, Gods weg kiezen?
Stap voor stap
Wie baalt van zichzelf, zoals Paulus, moet even goed luisteren naar wat Paulus over deze verslaving aan oude patronen zegt. Twee dingen lees ik in zijn brief aan de Romeinen.
Het eerste is dat je jezelf niet non-stop moet veroordelen en naar beneden halen. Hij kijkt naar Jezus en zegt dan direct na die verzuchting in Romeinen 7: “Wie in Christus Jezus zijn, worden niet veroordeeld.” Jezus ziet ook dat we vastzitten in verkeerde gewoonten. Hij veroordeelt ons niet maar gaat met ons aan de slag.
Het tweede wat ik van Paulus leer over ingesleten patronen is: laat je niet beheersen door neigingen, maar laat je beheersen door de Geest van God. Wie zich overgeeft aan de Geest van God, wie vraagt om hulp omdat het hemzelf niet lukt, zal stap voor stap ontdekken dat hij steeds losser komt van vroeger en steeds enthousiaster wordt over de nieuwe inzichten, de nieuwe rust, de nieuwe kracht die je biddend van God ontvangt. Zo kun je toch vol goede moed het nieuwe jaar in.
Dat is wat ik op allerlei manieren probeer door te geven, aan gedetineerden en keurige kerkmensen, want als het om recidive gaat verschillen we niet veel van elkaar.