Geacht gemeentelid,
Graag wil ik met u enkele gedachten delen over de oorlog tussen Hamas en Israël en hoe wij als Protestantse Kerk in Nederland zoeken naar woorden om ons hiertoe te verhouden. Ik weet niet hoe het u vergaat, maar de situatie in het Midden-Oosten verscheurt mij, zoals deze oorlog zoveel mensen verscheurt.
Je krijgt schroom om überhaupt iets te zeggen over dit ‘gekmakende conflict’, zoals de schrijfster Chaja Polak het noemde. En ik weet dat dit in veel families, vriendschappen en kerken ook zo wordt gevoeld. Het wordt bijna altijd ruzie. Dat maakt mismoedig en machteloos. Toch is het goed om er met elkaar over te blijven spreken en ook om te luisteren naar perspectieven waar je het niet mee eens bent. Dat hoort bij kerk-zijn. Je hebt elkaar nodig. Ik dacht: ik schrijf een brief en probeer uit te leggen wat de ziel is van de visie van onze kerk op dit vraagstuk.
In deze brief neem ik u mee in de gesprekken die ik, in mijn eerste weken als scriba, rond dit thema heb gevoerd. Het was een heftige maar ook leerzame periode. Ik sprak met veel mensen uit de breedte van onze kerk, en ik begreep hun perspectief en hun hartstocht – hoezeer ze ook onderling verschilden.
De kerk spreekt in deze oorlog vanuit verbindingen, dus niet vanuit de krant of een ideologie, maar vanuit de ervaringen van echte mensen die we kennen. We zijn als Protestantse Kerk bijvoorbeeld verbonden met christenen en christelijke dorpen op de Westbank en we horen van hen over het kolonistengeweld dat zij meemaken. Hun mensenrechten en grondrechten worden aan de kant geschoven. Je krijgt door die ontmoetingen zicht op wat daar gaande is. Zij roepen ons op om naar Gaza te kijken en het lijden en het onrecht te zien dat daar gebeurt. Onze kerk spreekt al jarenlang vanuit dezelfde bronnen: de weg van Jezus, de geboden van God, de mensenrechten en het internationale recht. Van daaruit spreken we ons uit tegen het extreme militaire geweld dat de huidige Israëlische regering uitoefent in Gaza. Dat doen we door ons publiek te uiten, door organisaties te steunen die een andere weg zoeken, en door beïnvloeding. Wij zijn als kerk geen politieke partij, we hebben geen politieke macht en zoeken die ook niet. Maar openlijk en in het verborgene doen we het dringende appel op mensen met macht om hun invloed aan te wenden om dit te stoppen.
“We moeten elkaar ontmoeten, het perspectief van de ander proberen te begrijpen, leren luisteren, zoeken naar de taal van God voor vandaag.”
We spreken dus vanuit verbindingen. We zijn als Protestantse Kerk onopgeefbaar verbonden met het volk Israël. We luisteren naar wat zij ons zeggen en leren. Van de Joodse gemeenschap in Nederland horen we van de bedreigingen die zij ondergaan en over de angst die dat geeft. Joodse scholen moeten bewaakt worden, studenten durven niet naar college, en de expressie van je Joodse identiteit is gevaarlijk geworden. Dat is ontoelaatbaar en onaanvaardbaar. We horen over het wereldwijd oplaaiend antisemitisme. We herinneren ons de gruwelijke moordpartij van Hamas op 7 oktober 2023. In het geweld van Hamas is de haat tegen Israël en de wil haar te vernietigen een openlijke drijfveer. Als kerk spreken we ons daartegen uit en we roepen hen die macht en invloed hebben op om de ideologie van Hamas tegen te spreken en vrijlating van gijzelaars te bepleiten. Israël heeft recht op een veilig land. Daar houden we als kerk aan vast en dat bepleiten we net zo sterk als we dat doen voor het Palestijnse volk.
Voor onze kerk is dit een leerweg. Kunnen we zo luisteren naar zowel het levende Jodendom als naar de Palestijnse christenen dat ons spreken over God, over recht en vrede, zuiverder wordt en sterker? Zodat we van daaruit handelen en doen, de weg van de vrede en verzet gaan. Dat is een leerweg. Je moet elkaar daarom ontmoeten, het perspectief van de ander proberen te begrijpen, leren luisteren, zoeken naar de taal van God voor vandaag.
Wij hebben in de kerk heel lang niet geluisterd naar het Jodendom en verkeerd over hen gesproken. We hebben lang niet geluisterd naar de Palestijnse stem en hen geen recht gedaan. Op die leerweg bevinden we ons nu, en we zijn ervan overtuigd dat we deze weg moeten voortzetten. Het is namelijk ook een weg van het zoeken naar vrede. Naar kleine momenten van vrede waarvan je bidt dat die zich verspreidt.
Als landelijke kerk gaan we deze ontmoetingen organiseren en intensiveren. We vragen leidinggevende theologen en geestelijk leiders met heel verschillende visies om elkaar te ontmoeten en samen verder te komen. Ik zal schrijven over hoe dat gaat en wat dat oplevert voor ons allemaal. Daarnaast is er materiaal ontwikkeld om deze weg ook in de lokale gemeente te gaan. Dit materiaal helpt je in het organiseren van zulke ontmoetingen. Dit is belangrijk om te doen. We leven in een tijd van verharding en vervreemding. Ook onze cultuur loopt het risico op toenemend geweld, intimidatie en de dominantie van extreme stemmen. De weg van Jezus Christus in onze dagen is een weg van nederigheid, verzet tegen de haat en het zoeken van vrede. Dichtbij en ver weg.
Binnenkort is het Israëlzondag. Ik hoop op een zondag van gezamenlijk gebed, van het kyrië en het klaaglied om alle doden. Van een impuls om op je eigen manier op te komen voor recht, en op een zondag waarop de Schriften op een verrassende manier opengaan. Wij geloven in de Geest. Het raakte me toen ik hoorde dat een Palestijnse christen zei: “Geloof in de verzoenende kracht die uitgaat van Christus en die verspreid wordt door zijn Geest. Die kracht houdt mij staande, en daar zouden jullie in Nederland misschien wel wat meer op mogen hopen.”
Hij deed een appel op ons om te bidden, te luisteren, te geloven en te handelen. Laten we dat doen.
Ds. Kees van Ekris, scriba