Alles wat over ons geschreven is
gaat Gij volbrengen in de veertig dagen;
de tien geboden en de veertig slagen,
dit hele leven dat geen leven is.
De schepping die voor ons gesloten was
ontsluit Gij weer, Gij opent onze ogen.
O zoon van David, wees met ons bewogen,
het vuur van bloed en ziel brandde tot as.
Maar, Heer, de haard van uw aanwezigheid
zal in ons hart een vreugdevuur ontsteken;
Gij waart met ons, Gij zult ons niet ontbreken,
Gij hogepriester in der eeuwigheid.
Gij onderhoudt de vlam van ons bestaan.
Aan U, o Heer, ontleent het brood zijn leven.
Ons is een loflied in de mond gegeven,
sinds Gij de weg van ’t offer zijt gegaan.
Tekst: Willem Barnard
Melodie: Frits Mehrtens
Toegelicht: Alles wat over ons geschreven is
(door dr. Oane Reitsma, predikant van de Protestantse Gemeente Enschede)
Een iconisch lied uit de twintigste-eeuwse Nederlandstalige kerkmuziek is dit lied met zijn diepe tekst (van Willem Barnard) en monumentale melodie (van Frits Mehrtens). De veertigdagentijd is niet denkbaar zonder dit lied.
Twee versies
Dit lied – met als onderschrift ‘Van de opgang’, wat wijst op de voorbereidingen naar de gebeurtenissen van Jezus en zijn vrienden in Jeruzalem die de kerk in de Stille Week gedenkt – kent twee varianten, waarvan deze (lied 536) de oorspronkelijke versie. Het vorige liedboek (Liedboek voor de Kerken-1973) kende alleen de tweede versie (die nu als lied 556 in het Liedboek: Zingen en bidden in kerk en huis staat).
Subtiele, maar bepalende tekstverschillen – leg ze maar eens naast elkaar! – wijzen naar het gebruik van het lied: deze versie is bedoeld voor de veertigdagen in zijn geheel, en wordt vaak gezongen op de zondag voorafgaande aan de veertigdagen, of op de eerste dag van de veertigdagen (Aswoensdag). De andere versie is bedoeld voor de Palmzondag, als opgang naar de Stille Week zelf. Letterlijk komt dat in de tweede regel naar voren ‘… gaat Gij volbrengen in de veertig dagen’ respectievelijk ‘… deze laatste dagen’.
Volbrengen
De gehele weg die Jezus was gegaan, komt in de laatste dagen in Jeruzalem samen, waar ook – volgens de evangelisten – de profetieën over de mensenzoon vervuld worden. Vandaar de zin ‘alles wat over ons geschreven is gaat Gij volbrengen’ – let op het subtiele ‘ons’ en niet ‘hem’! Dit verhaal van lijden, dood en opstanding gaat over ons. Dat ‘volbrengen’ van de tien geboden, dat samengaat met ‘de veertig slagen’, de tegenstand, is muzikaal uitgedrukt in vier regels, waarin de melodie een omvang heeft van tien noten (een volledig octaaf plus twee extra noten – zie ook liedboekcompendium.nl), een knipoog van de componist naar die ‘volledigheid’ van het leven, inclusief de zwaarte ervan.
Maar het is meer dan een knipoog, het hele lied heeft een serieuze, existentiële ondertoon. De dreiging van de komende dood en het doodse hangt boven alle gebeurtenissen van Jezus en zijn vrienden en ook boven ons bestaan. Dat blijkt uit zinnen zoals ‘dit hele leven dat geen leven is’ en ‘het vuur van bloed en ziel brandde tot as’ (dat laatste is weer een verwijzing naar de askruisjes in de Aswoensdagviering).
Opbouw
Maar er zit een opbouw in het lied. Het gaat niet naar dood en lijden toe, maar daar doorheen naar de opstanding toe. Die toon wordt in ieder couplet sterker. In het tweede couplet wordt Jezus ‘Zoon van David’ genoemd en in die hoedanigheid aangeroepen om hulp (vgl. de roep van de blinde man in Luc. 18:38). In het derde couplet krijgt hij de rol van hogepriester, een bekend thema uit de brief aan de Hebreeën, waarin Christus niet als een priester dagelijks het offer brengt, maar zijn offer eens en voorgoed heeft gebracht voor iedereen.
De vlam van ons bestaan
Gedragen door die mens die ons voorging en die met ons gaat, gaan wij als kerk de veertigdagen. Zijn verhaal ‘onderhoudt de vlam van ons bestaan’, met andere woorden: zijn offer geeft ons de moed om door te gaan. Zozeer zelfs dat dat ‘leven dat geen leven is’ (couplet 1) is uitgemond in ‘ons is een loflied in de mond gegeven’ (couplet 4), zoals de veertigdagen uiteindelijk altijd en onvermijdelijk toch zullen uitlopen op de Paasochtend, hoe dan ook.