Doorgaan naar hoofdinhoud
Vindplaats van geloof, hoop en liefde
subline-curl
Abonneer gratis op Petrus Magazine

5 typisch protestantse spreekwoorden en gezegden

Spreekwoorden en gezegden zeggen veel over onze cultuur en geschiedenis. We verzamelden er vijf uit de brede, protestantse traditie. De één met een boeiende geschiedenis, de ander met een discutabele herkomst.

Lees meer over dit soort protestantse onderwerpen in de Canon van het Nederlandse protestantismeJe kunt het boek hier bestellen.

 

Flink wat spreekwoorden hebben hun oorsprong in bijvoorbeeld de scheepvaart waarin ons kleine Nederland groot werd: van ‘overstag gaan’ tot en met ‘voor pampus liggen’. Ook hebben verschillende gezegden een Bijbelse oorsprong. Veel zijn afkomstig uit de Statenvertaling, zoals ‘in zak en as zitten’ (afkomstig uit het boek Esther), ‘een rib uit je lijf’ (uit Genesis) en ‘iemand de mond snoeren’ (uit 1 Petrus 2:15). 

Wat zijn uitspraken die specifiek passen bij de protestantse traditie? Natuurlijk het calvinistische ‘overdaad schaadt’, maar ook dit iets verrassender vijftal. 

1. ‘De kogel is door de kerk’

Er is iets beslist, de keuze is - na lang wikken en wegen - éindelijk gemaakt. Maar wat heeft een kogel in een kerk nu te maken met een beslissing en met de protestantse traditie? Volgens oude woordenboeken heeft het spreekwoord te maken met het respecteren van kerkgebouwen in oorlogstijd. Als een vijand zélfs zo’n heilig gebouw niet spaarde, was hij alle fatsoen voorbij, maakte hij een duidelijk statement. Door de tijd heen kreeg de uitspraak een iets andere betekenis: na lang wikken en wegen is een bepaalde zaak uiteindelijk beslist. 

Als voorbeeld van een werkelijke ‘kogel door de kerk’, wordt vaak het Beleg van Haarlem (december 1572-juli 1573) aangehaald. Tijdens deze beruchte belegering in de Tachtigjarige Oorlog knalden de Spanjaarden op een gegeven moment een kanonskogel dwars door de Sint-Bavokerk heen. De kogel was eigenlijk niet bedoeld voor de kerk, maar voor de niet meer katholieke predikant van de kerk – een afvallige, volgens de Spaanse bezetter. Nog steeds is de kogel te bewonderen in de muur van de oude St. Bavo, als herinnering aan de onbeschofte Spaanse vijand.

Terechtstelling en moord op de verdedgers van Haarlem door Spaanse soldaten, Frans Hogenberg (1573), Rijksmuseum

2. ‘Twee geloven op één kussen, daar slaapt de duivel tussen’

Naar dit oude spreekwoord werd de afgelopen eeuwen in Nederland veel verwezen. Het betekent kort gezegd: als twee personen van een verschillend geloof met elkaar trouwen, kán het haast niet goed gaan. Vaak werd dit spreekwoord gebruikt in de context van een huwelijk tussen een katholiek en protestant. 

Toen de protestantse Willem-Alexander (toen nog kroonprins) op het punt stond om te trouwen met de rooms-katholieke Màxima Zorrequita, vertelde kardinaal Simonis in een interview met het Reformatorisch Dagblad dat er in zijn jeugd iedere zondag werd gebeden tegen gemengde huwelijken. In een verzuilde samenleving paste het absoluut niet om te trouwen met iemand die wel in dezelfde God geloofde, maar er een heel andere geloofsbeleving op na hield. 

Dit veranderde voorzichtig in de jaren zestig, toen protestantse en katholieke kerken meer gingen samenwerken en de oecumene opbloeide. Toch haalde het nog steeds de krant toen een katholieke 25-jarige jongen en een 23-jarig gereformeerd meisje op 30 november 1966 in Delft trouwden. Ze werden ingezegend door een priester én een predikant, een unieke gebeurtenis! 

Tegenwoordig wordt het spreekwoord nauwelijks meer gebruikt om huwelijken tussen (andersdenkende) christenen te bekritiseren. Het komt nog wel eens terloops langs als het gaat om een relatie tussen een gelovige en een ongelovige. 

3. ‘Dat gaat erin als Gods woord in een ouderling’ 

Een 19e-eeuws gezegde, waarin twee elementen van het protestantisme een hoofdrol spelen: Gods woord en de ouderling – allebei niet weg te denken uit de protestantse kerkstructuur. 

Je kunt je de oorsprong vást voorstellen: voor een gelovige, maar helemaal voor een ouderling, is Gods woord leidraad, of in spreekwoordelijke termen: gesneden koek. Het spreekwoord houdt in dat iets er gemakkelijk, soepel ingaat. Dat kan gaan om eten of drinken, maar ook om bijvoorbeeld een politieke of theologische boodschap. Zo laat een trotse journalist van het socialistische dagblad Het Volk in een artikel van 7 augustus 1913 weten: ‘En onze propaganda ging er in als Gods woord in een ouderling.’

4. ‘Paal en perk stellen’ 

Deze mooie alliteratie betekent: iets wat ongewenst is een halt toeroepen, orde op zaken stellen. Wat heeft dit gezegde te maken met het protestantisme? Het komt waarschijnlijk voort uit de psalmberijming van 1773, de zogenaamde oude berijming. In Psalm 108 vers 2 staat namelijk het volgende:

Uw waarheid heeft noch paal noch perk,
Maar streeft tot aan het hoogste zwerk.

In het kort: Gods waarheid kent geen grenzen. Het gezegde gaat juist om de omgekeerde situatie: als er sprake is van begrenzing, wordt er paal en perk gesteld. Vanaf het einde van de 18e eeuw, een aantal jaar na de introductie van de psalmberijming, raakt de uitdrukking helemaal ingeburgerd. In menig krant en tijdschrift wordt het spreekwoord dan gebruikt. 

5. ‘Daar gaat een dominee voorbij’

Vrijuit praten

Deze 19e-eeuwse uitdrukking wordt tegenwoordig niet heel veel meer gebruikt, maar hij is te interessant om niet te noemen in dit rijtje. Het gezegde stamt uit een tijd van strenge, kerkelijke tucht: bij onzedelijkheid en uitbundigheid grepen voorganger en kerkenraad in. 

Bij het spreekwoord gaat het specifiek om gesprekken: was je lekker vrijuit aan het babbelen met vrienden en kwam er een dominee voorbij, dan verstomde het gesprek nogal eens. Want: was het wel passend waar je net over aan het praten was? Simon Carmiggelt gebruikt het gezegde een aantal keer in z’n boeken, zoals in Kroeglopen (1962):

“D’r gaat zeker een dominee voorbij”, zei het meisje. “Hoe bedoelt u?” vroeg hij. “Omdat we niks zitten te zeggen”, antwoordde ze.

Slecht nieuws

Naast de bovenstaande oorsprong, is er nog een tweede uitleg van dit spreekwoord bekend. In met name vissersdorpen betekende de komst van de dominee aan de deur slecht nieuws. Als er een schip vergaan was, was het aan de dominee om het omkomen van bemanningsleden bij familie te melden. De vissersvrouwen wachtten dus in spanning af als de dominee voorbij liep: stopte hij aan hun deur? Of liep hij door?

Elke week het beste van Petrus online

Ontvang de wekelijkse nieuwsbrief

Tekst: Francis Boer

Was deze informatie zinvol?
We hebben uw feedback ontvangen, dankuwel!

Om deze pagina verder te verbeteren zijn wij benieuwd waarom u deze pagina wel of niet zinvol vond. U kunt ons helpen door de onderstaande vragen in te vullen.

Mogen we je contactgegevens voor eventuele verdere vragen? (niet verplicht)