Lezen: 1 Tessalonicenzen 4:1-8
Heel wat keren riep ik mijn gemeente op tot een heilig leven. Ook als ik tussen de dakloze bezoekers van de Pauluskerk zit, ontsnapt er nog weleens een moralistische vermaning aan mijn mond. “Ja dominee, het zal wel dominee”, lees ik dan op de door het leven getekende gezichten om mij heen. Zulke oproepen halen natuurlijk weinig uit. Toch zegt Paulus het nog eens duidelijk tegen de lezers van zijn brief: ‘Leef zo dat het God behaagt. U doet dat al, maar wij sporen u aan om dat nog veel meer te doen.’ Dat is goed gezegd, maar dat is niet de kunst. Geen woorden maar daden, zeggen ze in Rotterdam. De kunst is om het te doen. En dat is vaak niet zo makkelijk.
Gespreksvraag
Wat betekent het om heilig te leven?