Wek mijn zachtheid weer.
Geef mij terug de ogen van een kind.
Dat ik zie wat is,
En mij toevertrouw,
En het licht niet haat.
Tekst: Huub Oosterhuis
Melodie: Antoine Oomen
© Gooi en Sticht
Toegelicht: Wek mijn zachtheid weer
(door dr. Oane Reitsma, predikant van de Protestantse Gemeente Enschede)
Ontvankelijk maken
Aan het begin van een liturgische viering – of bij een andere samenkomst – proberen we ons eerst ontvankelijk te maken om woorden (of muziek, stilte, gesprek, enzovoorts) binnen te laten komen. We proberen ons open te stellen voor wat God ons of wij elkaar te zeggen hebben. Traditioneel doet men dat met een ‘verootmoedigingsgebed’, dat de eigen menselijke situatie ten opzichte van God benadrukt. Dit lied vraagt aan God om de zachtheid in ons naar voren te laten komen. Het is een gebed om het ‘harde’ van wat ons in het doordeweekse bestaan zo eigen kan zijn en bezig kan houden, los te kunnen laten. En gewoon alleen maar waar te nemen.
Zevende dag
Dit lied is dan ook geschreven ‘voor de zevende dag’, dat is Bijbels gezien de rustdag, de dag waarop je tot jezelf komt en tot inkeer komt, zoals God Zelf ons voordeed (Genesis 2, 3). Dan zie je ‘wat is’ (regel 3 - vergelijk God die ‘zag dat het goed was’) en ga je het licht liefhebben (regel 5).
Kernvers
Qua genre is het lied een kernvers: een vers waar één centrale gedachte eenvoudig wordt uitgewerkt, al gaat bij Huub Oosterhuis eenvoud nooit zonder subtiliteit en diepgang. De ‘zachtheid’ wordt verbonden met de ogen (als die van een kind!) en slaat op het waarnemen van de essentie, van ‘wat is’. Wordt hier de liefde van God bedoeld, die essentieel is en onbemiddeld waargenomen moet worden, waarmee alles wat haar tegenhoudt er ineens niet meer toe doet? Dat je ineens in alle scherpte ziet?
Worden als een kind
Behalve de verwijzing naar de zevende dag van de schepping, zit er ook een duidelijke verwijzing naar Marcus 10:14 in dit lied, waar Jezus tegen zijn vrienden zegt: ‘wie niet als een kind het koninkrijk van God ontvangt, zal er zeker niet binnengaan.’ Dit ‘worden als een kind’ gaat niet over een naïef of simpel geloof, maar veel meer over een onbevangen geloof. Het vraagt je om je bewust te worden van de aangeleerde reserve van de volwassenheid en daar voorbij te geraken, om zo opnieuw ongecompliceerd te kunnen vertrouwen.
Dit lied werd gezongen in een aflevering van 'Petrus in het land' (6 november 2021, KRO-NCRV). Bekijk of lees ook de overdenking van ds. Mathilde de Graaff: