”Opa, we moeten nog bidden.” Onze kleindochter van 5 komt tijdens de maaltijd bij me en fluistert mij in dat we het gebed zijn vergeten. Zij houdt van vaste gewoontes, en vindt dat wij daar niet van af moeten wijken.
Soms is het puzzelen hoe dit ritueel vorm te geven. We vieren met een grote groep familieleden en vrienden de verjaardag van haar vader in de tuin, en het uitgebreide gezelschap heeft zich in de voorjaarszon over het terras verspreid.
Haar vertrouwen in mij is groot. Geregeld ben ik degene die laat blijken dat ik aan het begin van de maaltijd wacht op het gebed. Dan is er altijd wel iemand die roept: ”Even allemaal stil, opa wil graag bidden.”
Soms vraagt ze mij of ze op mijn plaats mag zitten. Dan neemt zij mijn rol op zich, en bepaalt welke zegenspreuk er gesproken wordt of welk lied we samen zingen. Logisch dus dat zij zich, nu het buffet zomaar op gang is gekomen, bij opa meldt.
Hoe doe ik dit? Ik wil niet iedereen die overal in de tuin al een half uur volop aan de maaltijd is, en druk met elkaar in gesprek, vragen dit alles te onderbreken om eerst allemaal met elkaar in gebed te gaan. Dus verzin ik een list. “Goed dat je eraan denkt”, fluister ik terug, “en dom dat we dat vergeten zijn. Maar we zijn nu allemaal al aan het eten. Zullen wij anders samen met ons tweeën even zachtjes bidden?”
“Nee opa, dat bidden bedoel ik niet”, antwoordt ze geërgerd, “ik bedoel ánders bidden".
“Nee opa, dat bidden bedoel ik niet”, antwoordt ze geërgerd, “ik bedoel ánders bidden. We moeten nog zingen ‘Lang zal heitie leven’.” Zoals gezegd, zij is erg van de vaste gewoontes. En vindt in mij ook hier haar bondgenoot, want ik ben altijd degene die mijn gitaar pak en een verjaardagslied inzet.
Het is me duidelijk dat zij van mij actie verwacht. Dus sta ik op en vraag, met haar bij de hand, luid om stilte omdat er eerst gebeden moet worden, en vertel dat dit volgens haar gedaan dient te worden met ‘Lang zal heitie leven in de gloria’.
De wens van een (klein)dochter is ons een bevel, zeker als zij haar vader wil toezingen. Dus heit klimt op zijn stoel en ik zet de verjaardagszang in. Iedereen zingt uit volle borst mee, en met het driewerf ‘Hiep, hiep, hoera!’ sluiten we af. Nu is heit pas echt jarig.
Nu is heit pas echt jarig.
Na afloop knaagt in mijn achterhoofd de gedachte 'nou hebben we nog steeds niet gebeden'. Maar daarmee doe ik onze kleindochter geen recht. Haar gevoel dat dit lied ook gewoon bidden is, snijdt wel degelijk hout. ‘In de gloria’ is een oud-kerkelijke uitdrukking voor ‘in Gods heerlijkheid’. Uit de engelenzang ‘Gloria in excelsis Deo’. Zij heeft zojuist haar jarige vader een lang leven en een plekje in Gods eeuwigheid toegewenst.