Wat zijn de goede vruchten,
die groeien aan de Geest?
De liefde en de vreugde,
de vrede allermeest,
geduld om te verdragen
en goedertierenheid,
geloof om veel te vragen,
te vragen honderd-uit;
geloof om veel te geven,
te geven honderd-in,
wij zullen leren leven
van de verwondering:
dit leven, deze aarde,
de adem in en uit,
het is van Gods genade
en zijn lankmoedigheid.
En wie zijn ziel niet prijsgeeft
maar vasthoudt tot het eind,
wie zijn bestaan niet kruisigt –
hoezeer hij levend schijnt,
hij gaat voorgoed verloren,
het leven dat hij koos
is tevergeefs geboren
en eindigt vruchteloos.
Maar wie zich door de hemel
laat helpen uit de droom,
die vindt de boom des levens,
de messiaanse boom
en als hij zich laat enten
hier in dit aardse dal,
dan rijpt hij in de lente
tot hij vruchtdragen zal.
Tekst: Willem Barnard
Melodie: Willem Vogel
© Interkerkelijke Stichting voor het Kerklied, Den Haag
Toegelicht: Wat zijn de goede vruchten die groeien aan de Geest?
(door dr. Oane Reitsma, predikant van de Protestantse Gemeente Enschede)
Vlees en geest
‘Van vlees en geest’, noteert dichter Willem Barnard als ondertitel boven dit lied, mooi op toon gezet door Willem Vogel. Daarmee wordt verwezen naar een centraal thema in het christelijke denken, ontleend aan brieven van Paulus. In Romeinen 8 en in Galaten 5 wordt onderscheid gemaakt tussen ‘wie beheerst wordt door de Geest’ en ‘wie beheerst wordt door de aardse zaken’. Theologisch zijn die twee weleens tegen elkaar uitgespeeld, alsof het eerste om het lichamelijke genoegen zou gaan. Zo is het niet bedoeld. Dit lied legt de juiste nadruk op het goede dat voortvloeit uit een ‘begeesterd’ leven.
De goede vruchten
Het begint met een retorische vraag, die meteen beantwoord wordt. De zangers stellen zichzelf de vraag ‘wat zijn de goede vruchten?’ én beantwoorden die. Doorgaans groeien vruchten aan een boom of aan een struik; ze hangen eraan vast tot ze rijp zijn, en dan vruchtbaar en voedzaam op de aarde vallen. Zo is het met de liefde, de vreugde en de vrede. Zij ontspruiten aan Gods geest en brengen de wereld een stuk verder. Zo ook geduld, het inmiddels wat ouderwetse woord goedertierenheid en geloof. Geloof bestaat daarbij niet uit vastigheden maar is juist een geloof ‘om veel te vragen’. De dichter was zijn tijd hierin ver vooruit.
Verwondering
Er volgen nog meer woorden, het kan niet op met die vruchten van de Geest, zo lijkt het: geloof om te geven, leven van de verwondering en ja, eigenlijk heel het leven is door God gegeven sinds hij de mens de levensadem inblies met zijn geest. Couplet 2 eindigt met die constatering: ‘de adem in en uit, het is van Gods genade’. Die genade omvat heel het leven.
Het bestaan kruisigen
Couplet 3 benoemt pas het tegendeel van de ‘geest’, het ‘vlees’, al is het impliciet. Eigenlijk is het hele couplet één ontkennende zin. Die probeert te zeggen dat iedereen die niet vasthoudt aan het positieve van het geloof maar te veel gericht is op het zelf alleen, vruchteloos leeft – dus zonder al dat mooie dat eerder benoemd is: zonder liefde, hoop, verwondering. Dat leven moet ‘gekruisigd’ worden zodat er ruimte ontstaat voor geïnspireerd leven.
Messias
De eigenlijke boom waaruit al die vruchten vallen is de Messias (‘de messiaanse boom’), zo besluit het lied. De heilige geest is altijd die van Christus. Op die boom mag ieder mens zich laten enten, zodat het sap van de boom door alle twijgjes heen gaat – zij delen in zijn geest. En dan komt er een moment, vroeg of laat, een lente, dat zo’n twijgje zelf rijpt en vruchtdragen zal.
Dit lied klonk op 26 november 2022 in Petrus in het land. Kijk hier de aflevering terug.