Doorgaan naar hoofdinhoud
Vindplaats van geloof, hoop en liefde
subline-curl
Abonneer gratis op Petrus Magazine

Rebecca Schoon: Mijn ziel is bedroefd om Israël en Palestina

Rebecca Schoon woonde een aantal jaren in Israël en Palestina. Ze voelt verdriet en een enorme machteloosheid als het gaat om wat daar momenteel gebeurt en huilt met de mensen mee.

De kracht van bidden

Ik geloof in de kracht van bidden. Ik heb het altijd een heel troostend idee gevonden dat er kloosters zijn. Dat er dagelijks gebeden wordt voor de mensheid, voor vrede. Ook nu. Ik geloof écht dat dit zin heeft en iets bewerkstelligt. En ik geloof dat dit het enige is wat wij nu kunnen doen. Ik ben dankbaar voor een stilte-mars, dankbaar voor Israëlische en Palestijnse (die in niet-bezet Israël wonen) vrouwen die samenkomen, dankbaar voor de vele initiatieven tot gezamenlijk gebed. 

Verscheurd

Sinds 2008 ben ik niet meer in Israël geweest, behalve voor een reisje naar de Negev-woestijn om mooie wandelingen te maken. Ik kon het niet meer. Ik voelde me verscheurd. Maar wie ben ik nou eigenlijk? Niemand. Een toevallige christen die een tijdje zowel in Israël als in Palestina heeft gewoond. Geboren in Israël, gewoond in de christelijke kibboets Nes Ammim, de eerste jaren van mijn leven en later als twintiger. En in 2008 voor acht maanden in Betlehem, de bezette westelijke Jordaanoever of ‘Westbank’, om dramalessen te geven aan kinderen. 

Solidariteit

In mijn jeugd groeide ik op met ‘solidariteit’ als grootste goed. Met name ten opzichte van het Joodse volk, na wat wij christenen hen decennialang hadden aangedaan. Na de Shoah, in de jaren 60, werd Nes Ammim opgericht: teken voor de volken. Het moest afgelopen zijn met de christelijke hang naar bekering. Ik genoot als kind volop van het mogen meevieren van de Joodse feestdagen. Ik hield zoveel van de gezongen gebeden: Oseh Shalom bimromav: He who makes peace in His high places. May He bring peace upon us. Maar er woonden ook Arabische Israëli’s in Israël. En mijn ouders sloten vriendschappen met beiden. En zo leerde ik dat solidariteit verder gaat dan partij kiezen. 

Schok

Toen ik als twintiger verkering kreeg met een Joodse Israëli, begon ik de complexiteit van het land beter te begrijpen. De roze wolk van mijn kindertijd vervloog. Hij was getraumatiseerd van zijn jaren in het leger en was zeer anti-Palestijns. Als naïeve Nederlander vond ik dat maar moeilijk te begrijpen. En tegelijk zat ‘de schuld van de Shoah’ nog diep in me gegrift. De tijd in Betlehem was een schok voor mij. De checkpoints, de enorme muur om de hele Westbank heen. Het feit dat Palestijnen die verdreven zijn naar bezet gebied niet naar ‘buiten’ mogen en opgesloten zijn, was onvoorstelbaar. Ik kon het in mijn hart allemaal niet meer rijmen. Ik zong in de Palestijns-Lutherse kerk met Kerst ‘O little town of Bethlehem, how still we see thee lie. The hopes and fears of all the years, are met in thee tonight.’ 

Recht op een mening

Het is hartverscheurend dat de wereld nu pas zijn ogen opent. Pas als geweld en leed buiten alle proporties gaat, gaan we ons ermee bemoeien. Ik voel me driftig worden als ik hoor dat ineens iedereen een mening heeft. Het is veel te complex om een mening te hebben. Alleen diegenen die er wonen hebben recht op een mening. Maar na al die jaren van waanzin zijn er maar weinig vredelievende klanken meer te horen in het land. Iedereen is bang óf woedend. En terecht. En dan spreek ik over beide volkeren. 

Ik huil met hen mee

Net als velen met mij voel ik vooral verdriet. En een enorme machteloosheid. Twee maanden nadat ik terug was in Nederland, in 1995, werd Rabin doodgeschoten door een orthodoxe jood. Wat als dat niet was gebeurd? Ik denk aan een lieve joodse vriendin van mijn vader, die in Jeruzalem woont en zo vaak aanwezig was bij vredesdemonstraties en nu ten einde raad is. Ik denk aan die lieve Palestijnse leerkracht op de school waar ik werkte, die zich zo inzette voor projecten in haar vluchtelingenkamp. En aan al die anderen. Ik huil met hen mee. En ik probeer te bidden.

Tranen zijn mijn brood,
bij dag en bij nacht,
want heel de dag hoor ik zeggen:
‘Waar is dan je God?

Mijn ziel is bedroefd,
daarom denk ik aan U,
hier in het land van de Jordaan,
bij de Hermon, op de top van de Misar.

(Psalm 42: 4,7)

Elke week de nieuwste gebeden in je inbox

Ontvang de wekelijkse nieuwsbrief

Was deze informatie zinvol?
We hebben uw feedback ontvangen, dankuwel!

Om deze pagina verder te verbeteren zijn wij benieuwd waarom u deze pagina wel of niet zinvol vond. U kunt ons helpen door de onderstaande vragen in te vullen.

Mogen we je contactgegevens voor eventuele verdere vragen? (niet verplicht)