God in de supermarkt. De meeste mensen vinden het een passende, prikkelende naam, al zijn er ook mensen die er wat moeite mee hebben, vertelt Alfred. ‘Ze vinden het een beetje profaan, maar zo is het allerminst bedoeld. We willen mensen juist op een inspirerende en niet-veroordelende manier laten nadenken over hun keuzes, en laten ontdekken wat de Bijbel hierover zegt.’
Wat houdt de workshop ‘God in de supermarkt’ in?
‘Het is een laagdrempelige workshop voor iedereen die na wil denken over de keuzes die je maakt in de supermarkt. Ons publiek is voor 95% christen, maar de workshop is in principe voor iedereen. Ik heb deze workshop samen met Arjan Schoonhoven in 2014 ontwikkeld, en we hebben ‘m inmiddels aan heel veel groepen en kringen gegeven. Eén van de vragen die we in onze workshop stellen, is hoeveel teksten er in de Bijbel staan over de onderwerpen: homoseksualiteit, echtscheiding, en armoede. De eerste twee onderwerpen kom je er amper tegen, terwijl er meer dan tweeduizend teksten gaan over armoede en recht doen.’
‘In de Bijbel lezen we over de droom van God waarin er genoeg is voor iedereen. Dat onderwerp verdient dus onze aandacht. We zien dat dit onder christenen steeds meer gaat leven, mede door actuele gebeurtenissen die ons met de neus op de feiten drukken. Denk aan de hitte in Canada en de overstromingen in Duitsland, België en Nederland. Hierdoor breidt ook het aanbod van God in de supermarkt uit. Zo ga ik bijvoorbeeld ook voor in kerkdiensten over duurzaamheid in het algemeen en geef ik lezingen op scholen over klimaatverandering.’
Je doet dit werk naast je baan in het speciaal voortgezet onderwijs. Wat drijft jou?
‘Mijn passie komt voort uit mijn wens om deze prachtige schepping zo goed mogelijk te bewaren, en er zo goed mogelijk voor te zorgen. In de Bijbel zie ik hoeveel God houdt van de kwetsbaren, en hoe Hij voor hen opkomt. Daarbij ben ik vader van drie kinderen. Een zin die goed omschrijft hoe ik het zie, is dat wij de aarde niet hebben gekregen van onze voorouders, maar hebben geleend van onze kinderen. Dus hoe geven wij hem weer aan hen door?’
‘Ik geloof dat christenen voorop zouden moeten lopen op het vlak van duurzaamheid. Maar waar we goed zijn in helpen – kijk naar de vele hulporganisaties – hebben we soms nog een blinde vlek voor duurzaamheid. Maar we worden opgeroepen om zoutend zout te zijn, voor mij betekent dat om mij in te zetten voor duurzaamheid, eerlijkheid en rechtvaardigheid.’
We zijn geroepen om het goede te doen, niet om het goede resultaat te bereiken.
Als je je verdiept in klimaatverandering, kun je erg ontmoedigd raken. Hoe houd jij hoop?
‘Ik wil de realiteit niet verdringen. Ik zoek de hoop in verandering, en in het voorbeeld van christenen die voorop lopen. Wist je dat je veertig procent in een groep nodig hebt om een de rest van de groep mee te krijgen? Christenen in Nederland maken zo’n veertig procent van de bevolking uit. Verandering is dus mogelijk. Wat me ook bemoedigt, is dat in de Bijbel wordt gesproken over geloof als een mosterdzaadje. De Bergrede vind ik misschien wel de mooiste toespraak ooit gehouden. Het gaat totaal in tegen onze manier van denken.’
‘Maar het wonder, het geloof in het kleine, het koninkrijk van God zoeken; dat zijn allemaal dingen die mij helpen om door te gaan. En daarbij: we zijn geroepen om het goede te doen, niet om het goede resultaat te bereiken. Het is dus aan God om hier het goede van te maken. Als ik verantwoordelijk zou zijn voor het resultaat, zou me dat ontzettend te neer drukken. Maar het goede proberen te doen, vind ik een heel zinvol bestaan.’
Heb je een paar tips voor concrete duurzame stappen?
1. ‘Eén van de tips die ik mensen vaak geef, is om plantaardiger te gaan leven. Stoppen met vlees eten heeft namelijk op heel veel terreinen enorm veel positieve impact, denk aan minder CO₂-uitstoot, dierenwelzijn, biodiversiteit…
2. Maar als je toch niet helemaal zonder vlees (of snacks) kunt, is het zeker een optie om bij de snackbar een frikandel te kiezen in plaats van een kaassoufflé. Het eerste wordt gemaakt van restvlees dat over is, terwijl je voor het tweede kaas nodig hebt die bij de productie veel CO₂ oplevert, terwijl het ook nog nieuw vlees creëert.
3. Neem in de supermarkt vooral je eigen broodzak of bijenwasdoek mee. Het scheelt veel plastic en mijn ervaring is dat je vaak leuke gesprekken krijgt met winkelpersoneel en andere klanten.
In het boek 'SuperWaar: je volgende stap in duurzaam boodschappen doen' vind je nog veel meer tips. Of kijk op de website van God in de supermarkt.
Unsplash
