“Ik wil een gedenktafel voor mijn moeder, mag dat?” Ik weet niet precies wat de man uit het Midden-Oosten bedoelt, maar ik zeg dat het prima is. Het is een jaar na haar dood, kennelijk is het voor hem belangrijk om daar aandacht aan te besteden.
Als ik de volgende zondag in de kerk kom, is hij juist bezig om de auto uit te laden. Foto’s van zijn moeder, statige kaarsen, grote bossen witte rozen. En zoetigheid, heel veel zoetigheid. Het wordt allemaal haast teder uitgestald, voor in de kerk. “Het is voor mama”, zegt hij zachtjes. Hij mist haar nog steeds. Er zijn weinig andere mensen van zijn cultuur in de kerk vandaag, maar wel veel uit andere culturen. Terwijl hij iedereen die binnenkomt van zoetigheid voorziet, zie ik hier en daar mensen een traantje wegpinken.
‘Ga naar de kerk,
daar houden ze van je’
Spontaan lassen we een moment in waarin we zijn moeder gedenken. Ze was een wijze vrouw met een groot hart. Haar hoofddoek heeft ze nooit afgelegd. Niemand wist of ze moslim of christen was. Maar tegen haar zoon zei ze: “Als ik er niet meer ben, ga dan naar de kerk. Daar houden ze van je en zorgen ze voor je als je alleen bent.”
Ze had begrepen dat de gemeente van Christus een plek is waar haar gevluchte en getraumatiseerde zoon thuis kan komen en welkom is. Haar vertrouwen ontroert me nog steeds. Ik hoop dat dit vertrouwen niet beschaamd wordt en ook waarheid wordt voor andere vluchtelingen in Nederland. Dat zij overal terecht zullen kunnen bij warme, verwelkomende gemeenschappen van Christus bij hen in de buurt.
Met deze hoop sluit ik mijn serie columns in Petrus af. Dank aan alle trouwe lezers en dank voor alle reacties die ik in de loop van de tijd van jullie kreeg. Het was een eer en een genoegen om iets van mijn werk en mijn leven met jullie te delen. Het ga jullie goed.
Mocht je mij willen blijven volgen, stuur dan een berichtje naar info@geloofsinburgering.nl, dan ontvang je maandelijks een blog in je mailbox.
Foto: Xander de Rooij