Een van mijn favoriete bijbelgedeelten is Psalm 51. David schreef dit lied nadat hij overspel had gepleegd met zijn buurvrouw Batseba, en vervolgens haar man Uria de dood in had gestuurd. De profeet Natan komt bij hem en confronteert hem met wat hij gedaan heeft. En dan volgt het intense berouw van David en smeekt hij God in Psalm 51 om vergeving en herstel van de relatie.
Geboeid luisteren
Omdat schuld en vergeving in de gevangenissen waar ik werk bij de mannen ook zo’n groot thema is, had ik Psalm 51 uitgekozen om met hen te lezen tijdens de wekelijkse gespreksgroep. De meesten van hen kennen de Bijbel helemaal niet, dus ook niet dit verhaal van David. Ze luisterden geboeid toen ik de achtergrond van de psalm vertelde, glimlachten bij het overspel met de buurvrouw, mompelden afkeurend over de gewiekste manier waarop Uria de dood vond.
Een groot vraagteken
Na mijn inleiding lazen we de psalm met elkaar een keer rustig door. Ik had de psalm gekopieerd en hun allemaal een exemplaar gegeven, en een pen. Ik vroeg hen: “Zet een uitroepteken bij wat je mooi vindt in de psalm en een vraagteken bij waar je moeite mee hebt, of wat je niet begrijpt.”
De mannen pakten allemaal hun pen op en zonder een moment aarzelen, alsof het was afgesproken, zetten ze allemaal een groot vraagteken dwars door de hele psalm. Verbijsterd zag ik het gebeuren. “Snappen jullie niets van dit lied? Zijn jullie nergens door geraakt?” Ik kon me dat bij mijn dierbare psalm nauwelijks voorstellen.
Toen kwamen de reacties los. “Wat een aansteller, die David”, zei een van de gedetineerden. “Wat een jankerd”, zei een andere man. “Moesten wij eens proberen om er zo onderuit te komen”, zei een derde. “Moet je horen dominee, als hij is vreemdgegaan en een moord op z’n geweten heeft, moet hij gewoon gestraft worden. Tien jaar vastzetten, zo’n man. Dat doen ze bij ons toch ook? Alleen omdat het hoge pief is, denkt hij zeker de dans te ontspringen.”
Vergeven zonden
Ik was even stil terwijl ze me uitdagend aankeken. Wat moest ik nu zeggen? Ik begreep vanuit hun belevingswereld heel goed dat ze David net zo behandelden als zij zelf behandeld worden. Wie een misdaad heeft begaan, moet daarvoor gestraft worden. Dus ook David. Hoe leg ik hun uit dat bij God je zonden écht vergeven worden, maar dat het kwaad dat geschied is wel degelijk gevolgen heeft? In het geval van David overlijdt het kindje dat uit het overspel geboren wordt.
Het werd in de gespreksgroep uiteindelijk een mooi gesprek over God die vergeeft, maar een overheid die wel moet straffen. Over genade en herstel van de relatie, al moet je dan toch echt hier je straf uitzitten. Ook vergeven zonden kunnen gevolgen hebben. Maar wie weet dat hij door God vergeven is, draagt de celstraf die bij de gepleegde misdaad hoort echt anders. De mannen knikten aarzelend en gingen een stuk stiller dan ze gekomen waren weer terug naar hun cel.