“We nemen eerst een moment om een aantal keer diep adem te halen, om hier te landen”, zei ik tegen een groep studenten, zittend in een kring, op de eerste bijeenkomst rond rouw en verlies.
Sommigen hadden al waterige ogen toen ze de ruimte binnenkwamen. “In deze groep mogen alle gevoelens er zijn: onmacht, boosheid, verdriet, noem maar op. Leren meebewegen met rouw is een rommelig proces, maar je hoeft het niet alleen te doen. Wat dapper dat jullie er zijn!”
Het was de start van een individuele én gezamenlijke reis naar herinneringen, gedeelde ervaringen, momenten van pijn en wanhoop, maar ook momenten van dankbaarheid, vreugde en de moed om verder te leven. Elke student van deze groep had de afgelopen tijd iets vreselijks meegemaakt: een dierbare verloren. Er was behoefte aan samenzijn, kwetsbaar delen en handvatten om verder te gaan.
Hoe leef je verder met een groot gat in je hart? Kan rouw ook heilzaam en ‘good’ zijn?
Good Mourning
Mijn voorganger in het Utrechtse studentenpastoraat heeft deze rouwgroep die i.s.m. de universiteit wordt aangeboden de naam ‘Good Mourning’ gegeven. Op welke manieren kunnen studenten leren om op een ‘zo goed mogelijke manier’ om te gaan met verlies? Hoe leef je verder, hoe studeer je verder, met een groot gat in je hart? Kan rouw ook heilzaam en ‘good’ zijn?
Het is ontzettend waardevol en leerzaam om een stukje met studenten mee te mogen lopen op hun reis. Steeds weer ontdek ik dat er in het omgaan met verlies geen grote antwoorden zijn, dat rouw geen lineair proces is, dat verdriet en wanhoop niet te ‘fixen’ zijn. Het gaat meer om het uithouden van ongemak, ruimte scheppen voor het verdriet, de onmacht articuleren, in stilte samen zijn en soms verrast worden door een warme herinnering of diepe dankbaarheid.
Ander perspectief
Mijn perspectief op rouw en ervaringen met verlies zijn de afgelopen jaren flink veranderd. Ik had in mijn opleidingen van alles gelezen over rouw: over de verschillende fasen, over rouwtaken, ik dacht er best wat van te weten. Totdat mijn eigen vader zeer plotseling overleed, en rouw gebeurde. In de weken en maanden daarna ervoer ik de weerbarstige en willekeurige realiteit van rouw. Soms was het als een klap in het gezicht, soms een troostende deken van erkenning. Een aantal aspecten herkende ik uit de boeken die ik had bestudeerd, maar er gebeurde ook zoveel meer. Ik ben anders gaan denken en spreken over rouw en verlies.
Ik wil dit gemis niet ‘achter me laten’ – het ‘afgerond’ of ‘verwerkt’ hebben.
Deel van wie ik ben
Zo wil ik het bijvoorbeeld niet meer hebben over ‘rouwverwerking’. Iets in het woord ‘verwerken’ schuurt met de ervaring van iemand intens missen. Ik wil dit gemis niet ‘achter me laten’ – het ‘afgerond’ of ‘verwerkt’ hebben. De realiteit van mijn vader missen is deel geworden van wie ik ben. Toen iemand een half jaar na zijn dood met de beste bedoelingen vroeg ‘of ik het al een plekje had kunnen geven’, sloeg ik dicht. Ik had vooral veel aan vrienden die samen met mij de hond uit gingen laten en de lastige vragen stelden, zonder te verlangen naar een antwoord. In die tijd hoorde ik in een serie de uitspraak: ‘What is grief, if not love persevering?’ (‘Wat is rouw, anders dan volhardende liefde?’) Voor mij worden de gevoelens van gemis steeds meer uitingen van liefde. Ik mis mijn vader, simpelweg omdat ik veel van hem hield. Op deze manier wordt het thema rouw iets zachter.
Mijn verlangen
De verhalen die deze studenten in de rouwgroep delen raken me, maken me stil - juist omdat ik nu ook zelf ervaren heb hoe rommelig dit proces is. Het is mijn verlangen dat er ruimte is voor alle aspecten van rouw, dat studenten - ondanks alles - een zachtheid mogen vinden en op hun eigen, unieke manier troost en verbinding mogen ervaren. Een plek waar alle gevoelens er mogen zijn.
Beeld: Xander de Rooij