Doorgaan naar hoofdinhoud
Vindplaats van geloof, hoop en liefde
subline-curl
Abonneer gratis op Petrus Magazine

Karin van den Broeke: "We zijn te voorzichtig in gesprekken met mensen buiten onze bubbel"

Karin van den Broeke werd al vroeg geraakt door de kracht van de oecumenische gemeenschap. Als Nederlandse christenen maken we deel uit van een eeuwenoude, wereldwijde beweging. “Dat de kerk wereldwijd is, geeft ons nieuwe perspectieven op ons geloof.” Plaatselijke gemeenten wil ze stimuleren het gesprek te zoeken met mensen uit de wereldwijde kerk of met mensen van het dorp verderop. “Spreek met elkaar over wat je ten diepste bezighoudt.”

Karin van den Broeke (1963) is een kerkelijk-maatschappelijke duizendpoot. De predikant en oud-voorzitter van de synode van de Protestantse Kerk is nu onder meer voorzitter van het Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap en lid van het dagelijks bestuur van de Wereldraad van Kerken. Tot voor kort was zij Statenlid voor het CDA in Zeeland. Binnen de dienstenorganisatie van de Protestantse Kerk werkt zij als programmaleider Kerk in Actie.

Wat maakt dat uw hart zo warm klopt voor de oecumene?

“Dat is al zo sinds mijn studententijd in Leiden. Twee plekken waren daarbij van belang: de catechisatie bij dominee Carel ter Linden en de Leidse Studentenekklesia. Ter Linden was, net als ik, ooit begonnen met rechten en later geswitcht naar theologie. Bij hem leerde ik de Bijbelse verhalen kennen, waarin het altijd gaat om gerechtigheid. Onze inzet voor gerechtigheid overschrijdt de grenzen tussen kerken.
De Leidse Studentenekklesia is een oecumenische gemeenschap, waar ik als student kwam. Later werkte ik er tien jaar als studenten- en academiepredikant. Ik leerde daar hoe kerkmuren er niet toe doen. Wat telt, is het verhaal dat je deelt en de rol die geloof speelt in het maatschappelijk leven. Bij de uitgang van de kerk werd Nicaragua-koffie verkocht, lang voordat het Max Havelaar-keurmerk bestond. De halve kerkelijke gemeenschap liep mee tijdens de optocht op Roze Zaterdag. Zo werd ik al vroeg geraakt door de kracht van de oecumenische gemeenschap.”

“Voor mij ligt de kern van de oecumene in onderlinge ontmoetingen”

Was dit nieuw voor u?

“Ik ben als kind gedoopt, maar we gingen nooit naar de kerk. Mijn moeder kwam uit een kerkelijk gezin, mijn vader niet. Mijn oma bracht mij met Bijbelse verhalen en christelijke liedjes een warm en veilig geloof bij. 
Een aantal jaren geleden overleed mijn moeder, 15 maanden daarvoor mijn vader. Pas in het laatste jaar vertelde mijn moeder waarom zij de kerk meden, daarvoor was dat altijd onbespreekbaar geweest. Mijn vader vond het zelfs moeilijk dat ik theologie ging studeren. 
Mijn oma van moederszijde was gereformeerd, mijn opa hervormd. Voor hun ouders was dat onaanvaardbaar en de oorzaak van verwijdering. Mijn moeder heeft haar grootouders jarenlang niet gezien. Ik snap best dat geloof en kerk je gaan tegenstaan, als je zo pijnlijk wordt geconfronteerd met een hardheid die niet past bij de inhoud van de christelijke boodschap. 
In het jaar van 500 jaar Reformatie was ik bij een viering die op televisie werd uitgezonden. Ik zat met mijn zoon aan mijn ene zijde, de koning aan de andere en een bisschop op de eerste rij. Tegen mijn moeder zei ik: ‘Mam, misschien moet je vanavond toch even kijken.’ Na afloop reageerde zij: ‘Zij zaten daar allemaal toch maar mooi bij elkaar.’ Dat beeld bracht bij haar het verhaal op gang over de enorme verscheurdheid die zij als kind in haar familie ervaren had. Dat schrijnende gebrek aan oecumene heeft mijn moeder beschadigd.”

U verbreedde uw blik naar de wereldkerk.

“In mijn studententijd nam ik deel aan een jongerenreis langs verschillende kloosters in Frankrijk. We bezochten ook het kantoor van de Wereldraad van Kerken in Genève. Daar proefde ik direct: hier gebeurt iets dat alle statische dogmatiek overstijgt. Het gaat om waar wij als gezamenlijke kerken toe zijn geroepen en voor staan.
Voor mij ligt de kern van de oecumene in onderlinge ontmoetingen. In de vergaderingen van de Wereldraad komen we officieel samen om besluiten te nemen, maar we ontmoeten elkaar pas werkelijk tijdens vieringen en maaltijden.
Onlangs was ik in Israël en Palestina. De Palestijnse christelijke gemeenschappen daar zijn piepklein. Je vraagt je af hoe mensen het onder zulke moeilijke omstandigheden volhouden. Een student theologie antwoordde: ‘Of er een oplossing is weet ik niet. Dit weet ik wel: God vraagt van mij om elke dag opnieuw een betrouwbaar gelovige te zijn.’ Geloof raakt zijn hele bestaan. Zijn antwoord nodigt mij uit om na te denken hoe geloof in God in mijn leven het verschil maakt.”

“Het helpt niet om mij terug te trekken op mijn eigen erf. Ik zoek altijd het gesprek”

Niet iedereen zit in Genève om de kracht van oecumenische ontmoetingen te ervaren.

“Klopt. Plaatselijke gemeenten zijn vooral bezig met hun eigen gemeenschap. Dat snap ik, ik werkte als gemeentepredikant. Alle energie is gericht op de eigen kerk, op overleven. Ik onderschat zeker niet de pijn van Nederlandse gemeenten die kwetsbaar zijn en vrezen voor hun voortbestaan. Tegelijk wil ik laten zien dat wij als Nederlandse christenen deel uitmaken van een eeuwenoude, wereldwijde beweging. Deze beweging draagt ons, we staan er niet alleen voor. Dat de kerk eeuwenoud is, geeft het vertrouwen dat zij ook nu haar weg door de tijd zal vinden. Dat de kerk wereldwijd is, helpt ons aan nieuwe perspectieven op ons geloof. Dat zorgt voor ontspanning en maakt de kerk lichter.
Mijn inspirerende ervaringen in de oecumenische beweging gun ik anderen ook. Je bent je hele leven kerk met andere mensen uit je directe omgeving. Dat is prachtig, je kent ze door en door. Maar als je niet oppast, voer je nauwelijks nog het echte gesprek.” 

Daarover gaat het nieuwe jaarthema van de Protestantse Kerk, ‘Ga mee’.

“Trek het breder. Zoek het gesprek met mensen uit de wereldwijde kerk of met mensen van het dorp verderop. Spreek met elkaar over wat je ten diepste bezighoudt. Daarbij komt ongetwijfeld God ter sprake. Zodra je zelf uitspreekt waar je in gelooft en van een ander hoort wat geloof in zijn of haar leven betekent, raakt en bemoedigt het je opnieuw.
Je kunt naar Indonesië vliegen om in contact te komen met andere christenen. Je kunt ook, op Zuid-Beveland, van Ovezande naar Nieuwdorp fietsen. Laatst vierde ik mee met een Ghanese kerk in Amsterdam. Tijdens delen van de dienst, bijvoorbeeld tijdens de lofprijzing, werd heerlijk gedanst. Alle lichaamsdelen mogen meedoen bij het eren van Gods naam. De dienst van tweeënhalf uur vloog voorbij.
Je kunt eindeloos discussiëren over het al dan niet maken van excuses voor de slavernij. Je kunt ook naar mensen toegaan van wie je vermoedt dat het slavernijverleden nog steeds van invloed is op hun leven en geloven. En het gesprek aangaan: hoe is dit voor jou, vertel.
De Wereldraad heeft een mooie leidraad om deze gesprekken te voeren: de drie via’s. De eerste: vier met elkaar de goede gaven, via positiva. De tweede: luister naar de pijn en de zorgen, via negativa. Drie: kom aan onrecht voorbij, via transformativa. Dat past binnen de ‘Pelgrimage van Gerechtigheid, Verzoening en Eenheid’ van de Wereldraad.”

Wat vraagt dit van leden van de kerk?

“Om echt naar elkaar te luisteren. Elkaar echt te zien. In de slotviering van de laatste Assemblee legde een Maori (oorspronkelijke bewoner van Nieuw-Zeeland – red.) uit hoe zij elkaar begroeten. Met een gebaar, op ooghoogte van elkaar en uitspreken: ik zie je. Zij nodigde ons uit om hetzelfde te doen met de mensen om ons heen. Het klinkt zo simpel en het was buitengewoon ontroerend om te doen. Zusters en broeders uit andere culturen kunnen ons zo veel leren en dat maakt de ontmoeting zo waardevol.
Wij zijn te voorzichtig met vragen stellen en diepgang zoeken in gesprekken met mensen buiten de bubbel waarin we leven. Diakenen vertellen dat ze moeite hebben om te ontdekken welke mensen in hun omgeving lijden onder armoede. Het is niet moeilijk: stel mensen de vraag ‘red je het wel?’ Ga actief naar buiten, stel de vraag, het gaat niet vanzelf.”

“Het gaat om waar wij als gezamenlijke kerken toe zijn geroepen en voor staan”

De oecumene heeft intussen de wind niet mee.

“Eenheid ís ook ingewikkeld. Er zijn binnen de Wereldraad onderwerpen waarover we het niet eens worden. Denk aan homoseksualiteit of vrouwen in het ambt. Die verdeeldheid is verschrikkelijk en ken ik helaas ook binnen onze eigen kerk. Toen ik net predikant was, nam ik deel aan een nascholingsweek op Hydepark. In mijn groep met jonge predikanten waren er drie afkomstig uit Het Gekrookte Riet. Van hen kreeg ik te horen: ‘Karin, als mens waarderen we je, maar je hoort niet thuis op de kansel.’ 
Het helpt niet om mij terug te trekken op mijn eigen erf. Ik zoek altijd het gesprek. Dat is ingewikkeld, soms lijkt het op pappen en nathouden, maar het moet. Bepaalde zaken zijn voor mijzelf net zo onopgeefbaar als andere zaken voor anderen. Daar moet je het mee doen. Begrijp me goed: ik zeg niet dat het gemakkelijk is. 
Voor mij hoort daar het volgende verhaal bij: in de Wereldraad vergaderde ik regelmatig met een zwarte vrouw naar wie ik enorm opkeek. Welbespraakt, alles op orde, deskundig, verzorgd tot in de puntjes. Tijdens een presentatie over Black Lives Matter zat ik naast haar. Ik voelde dat zij verstrakte. Wat gebeurde hier? Ik vroeg haar of zij zich nog steeds gediscrimineerd voelde. Ze reageerde als door een hond gebeten en vertelde: ‘Toen ik 4 was, woonde ik in een grotendeels witte omgeving. Ik wilde niets liever dan zijn zoals de anderen: wit. Het kostte mij tijd om daaraan voorbij te komen. Bij mijn zoon van 4 zag ik exact hetzelfde verlangen: zijn als de witten. Hij heeft nu een kind van 4, waarbij opnieuw hetzelfde speelt. Maar in de kerk weet ik: in Christus is man noch vrouw, Jood noch Griek, slaaf noch vrije, wit noch zwart.’
Dit verhaal raakte mij diep. Het is waar het in de kerk om gaat. Uiteindelijk zijn wij aan elkaar gegeven en met elkaar verbonden. Zeker, het gaat geregeld verschrikkelijk mis, maar we horen bij elkaar als gelijkwaardige mensen in Gods ogen.” 

Tekst: Kees Posthumus

Was deze informatie zinvol?
We hebben je feedback ontvangen, dankuwel!

Om deze pagina verder te verbeteren zijn wij benieuwd waarom u deze pagina wel of niet zinvol vond. U kunt ons helpen door de onderstaande vragen in te vullen.

Mogen we je contactgegevens voor eventuele verdere vragen? (niet verplicht)